HOME > PROGRAMMA > NAJAAR 2023 > Lezing Boerenkrijg in context 

TICKETS 

via onderstaand formulier

 via Antoine Baert - T 0475 43 13 42 - antoine.baert01@gmail.com

of aan de kassa (cash)

DE BOERENKRIJG 

EEN BEKNOPTE HISTORISCHE CONTEXT

met dank aan de documentatiedienst van Davidsfonds Nationaal

In het najaar van 2023 herdenken meerdere Davidsfonds-afdelingen, ook Davidsfonds Beveren-Zuid (i.s.m. het Boerenkrijgcomité Haasdonk)  de 225ste verjaardag van de verspreide volksopstand tegen het Frans bewind (12/10 – 5/12/1798), algemeen bekend onder de noemer “Boerenkrijg”. 

 

Wat is de Boerenkrijg?
De Boerenkrijg is algemeen bekend als de volksopstand uit 1798 tegen ‘de Franse bezetter’. Die manifesteerde zich hoofdzakelijk op het Vlaamse platteland en de kleine steden, veel minder in de grote steden of in Wallonië.

De term “Boerenkrijg” is een benaming die door Hendrik Conscience in 1853 gelanceerd werd. In realiteit was het eerder een stilzwijgend verzet van de bevolking tegen de sansculotten (spotnaam voor de Franse soldaten), in combinatie met een reeks opstootjes van vooral ambachtslieden,
dagloners en landbouwers (de Brigands).


Wat waren de oorzaken?
De achttiende eeuw was de periode van de vroege industrialisatie: die leidde tot meer werkloosheid, dalende koopkracht en het opduiken van roversbenden (zoals de Bende van Jan De Lichte). De Franse Revolutie gooide alle zekerheden uit het Ancien Regime overhoop. Dit alles was op zich al eenvoedingsbodem voor maatschappelijke onrust.

In dit onrustig klimaat werden de Zuidelijke Nederlanden aangevallen én geannexeerd door Frankrijk. Na de Slag bij Fleurus (1794) waren opeisingen van voedsel en plunderingen door rondtrekkende soldaten schering en inslag.

Meteen volgde in de periode 1795-1798 een reeks hervormingen die snel en zonder overleg werden ingevoerd: de verfransing van het hele openbare leven, de invoering van de Burgerlijke Stand, het afschaffen van het gewoonterecht, het gebruik van de Republikeinse kalender; kortom alles werd geënt op het Franse model.

De hervormingen werden ook in het straatbeeld zichtbaar, bijvoorbeeld door het aanplanten van een ‘vrijheidsboom’ en het slopen van kerkelijke gebouwen (zoals de Sint-Donaaskerk te Brugge). De afbouw van kerkelijke diensten en de deportatie van priesters gooide olie op het vuur in het zeerkatholieke Vlaanderen.

Maar vooral de conscriptiewet uit 1798 die alle jonge mannen (20-25) dienstplichtig maakte, riep het meeste weerstand op. Voor het eerst was er immers sprake van een algemene dienstplicht, wat nooit eerder het geval was geweest.

Vlaanderen kent een traditie van opstanden tegen verre, autoritaire machthebbers (cf. Guldensporenslag, Brabantse Omwenteling,…). Ook de Boerenkrijg paste in dit rijtje. De strijdkreet ‘Voor outer en heerd’ verwijst naar het gedroomde herstel van de vroegere verhouding tussen Kerk
(outer/altaar) en staat (heerd/haard).

De Fransen reageerden meteen fel met feitelijke repressie (klopjachten, martelingen, terechtstellingen, rechtszaken,…) maar ook symbolische repressie om de moraal te breken (o.a. de fakkeltocht met de krijgsgevangenen op 7 december 1798 in Brussel, de schadeclaims naar de lokale
overheden en het weghalen van kerkklokken)

 

Beeldvorming
De Boerenkrijg was in historisch perspectief een volksopstand tegen een bezettingsmacht, aangewakkerd door de burgerlijke en kerkelijke elite. Het werd gekenmerkt door gewapende optochten, sabotage en symbolische acties (vb. omhakken van vrijheidsboom, vernielen van
openbare archieven,…).

De beeldvorming omtrent de Boerenkrijg veranderde sterk in de loop der tijden.

Tijdens de Romantiek werd de Boerenkrijg voorgesteld als een heroïsch-romantische volksopstand tegen de Franse bezetter voor het behoud van tradities en autonomie.

De Franse uniformisering en secularisatie in onze contreien werd mede gedreven door de revolutionaire geest van vrijheid, gelijkheid en broederlijkheid. Sommigen beschouwden de Franse periode (1794-1815) dan ook als een ‘bevrijding’ van de Zuidelijke Nederlanden van het juk van de Kerk en de middeleeuwse geplogenheden (cf. Verlichting). Latere historici zien daarom in de Boerenkrijg eerder een strijd tussen conservatieven die het Ancien Regime wilden in stand houden versus de progressieven die de idealen van de Verlichting wilden nastreven.

Nog andere historici zien in de Boerenkrijg hoofdzakelijk een reactie op de verfransing van de Zuidelijke Nederlanden en markeren de opstand als de start van de Vlaamse ontvoogdingsstrijd (taalstrijd). Er zijn dus heel veel verschillende benaderingen van de Boerenkrijg mogelijk.

 

Meer weten?

Lees meer

Vertel anderen over ons.